In 2011 verscheen er in Vrij Nederland een artikel van Sander Pleij met de titel 'Meindert Talma is méér dan Neerlands onbekendste popster'. Pleij schreef: 'Meindert Talma (geb. Surhuisterveen) behoort tot het beste dat de Nederlandse kunst heeft voortgebracht: hij is muzikant, dichter, kunstenaar en autonoom genie. In 1998 brak hij definitief door met de cd Ferhûddûker, samen met begeleidingsband The Negroes.' Pleij eindigde zijn stuk met de constatering: 'Misschien is Meindert Talma ook de minst begrepen popster van Nederland. Maar Meindert houdt moed. Meindert gaat door.' Meindert kreeg een ingeving. Een roman/albumcyclus (een noviteit in de Nederlandse en buitenlandse letteren) over het feit waarom hij, tegen wil en dank, Nederlands Onbekendste Popster is geworden. Hoofdthema's in de cyclus zijn Meinderts ambitie als muzikant en schrijver, zijn problematische liefdesleven, familie, vriendschap en volwassen worden in Groningen. Kelderkoorts wordt deel 1. De liedjes op Kelderkoorts zijn op een organische manier verweven met de roman en kunnen worden beschouwd als op zichzelf staande hoofdstukken. De cd werd opgenomen met gerenommeerde muzikanten als gitarist Anne Soldaat, bassist Reyer Zwart (Freek de Jonge), drummer Jeroen Kleijn (Claw Boys Claw), zangeres Brenda Bosma (Spilt Milk), saxofonist Jan Klug (Christine Otten), Marieke de Bruijn en cellist Jos Teeken (het Vondelkwartet). In het verleden kwam Talma met twee autobiografische roman/albumcombinaties over zijn jeugd in de Friese Wouden en zijn studententijd in Groningen. Hierna bleef het tien jaar stil wat Talma's proza betreft, omdat hij zich volledig op de muziek stortte. Met Kelderkoorts zal Meindert Talma dit najaar verschillende optredens verzorgen in het hele land.